top of page
Instructies

7/26
GOUDEN REGELS N°2
GEBRUIK VAN MACHINES, APPARATUUR EN VOERTUIGEN
VOOR BESTUURDERS, ONTHOUD DE OORZAKEN VAN ONGELUKKEN

> Te hoge of ongepaste snelheid - aanwezigheid, zichtbaarheid, bodemgesteldheid, etc.

 

> De machine omhoog/omlaag brengen.

 

> Onvoldoende zichtbaarheid.

 

> Obstakel op de grond of op hoogte.

 

> Rijden met de vorken te hoog (boven 25 cm) of te laag (onder 15 cm).

 

> Overbelasting van de machine.

 

> Verplaatsen met een last op hoogte.

 

> Gebrek aan communicatie tussen collega's.

 

> Onjuist gebruik van de machine.

 

> Onvoldoende onderhoud.

afbeelding.png
bottom of page